Planten, zomer, serie 16
	Zonnedauw, Drieëtte Reesinck, augustus 2002 De zonnedauw (familienaam) is een een vleesetende plant. Het blad is bedekt met rode haren. Als insecten het glinsterende, kleverige druppeltje aan het uiteinde van de haren eenmaal hebben aangeraakt, kunnen ze zich niet meer losmaken. De haarpunt scheidt spijsverteringssappen uit. De sappen lossen de zachte delen van het insect op. De zonnedauw neemt vervolgens de voedingsstoffen (vooral stikstof en fosfor) op uit de oplossing. Dit is de reden waarom de zonnedauw op extreem voedselarme grond kan overleven. Het zijn beschermde planten. Vroeger dacht men dat het dauwdruppeltjes waren die in de zon niet verdampten. vandaar de naam 'zonnedauw'.  (GH) Grote foto, 72 kB. Zonnedauw, Kleine, Wim de Lange, augustus 2003   Grote foto, 62 kB. Zonnedauw, Ronde, Wim de Lange, juli 2003 Insecten etend plantje. De bladen staan in en rozetvorm om de bloeistengel. Deze hebben lange haren die vaak bedekt zijn met een kleverige vloerstof waarin het insect vast blijft zitten Het plantje komt voor in natte heide en moerassen.  (GdV) Grote foto, 45 kB. Zwanenbloem, Wim de Lange, juni 2004 Botumus umbellatus. Deze overblijvende plant komt voor langs waterkanten. De plant overwintert met een ondergrondse, kruipende wortelstok.  (GH) Grote foto, 25 kB. Zwanenbloem, Wim de Lange, juni 2004 Botumus umbellatus. Deze overblijvende plant komt voor langs waterkanten. De plant overwintert met een ondergrondse, kruipende wortelstok.  (GH) Grote foto, 19 kB. Naar boven Vorige pagina   Serie 1: Beenbreek; Berenklauw; Berenklauw; Bernagie; Bitterzoet Serie 2: Boerenwormkruid; Bosbes; Bosbes; Boterbloem, grote boterbloem; Braam Serie 3: Centauri, grote; Distel; Distel; Distel, kale jonker; Distel, kogeldistel Serie 4: Distel, speerdistel; Distel, speerdistel; Dubbelloof; Duivelsnaaigaren; Duizendblad Serie 5: Duizendguldenkruid; Duizendguldenkruid; Egelskop, kleine egelskop; Fluitekruid; Gele plomp Serie 6: Grasklokje; Guichelheil, rode; Hazepootje; Heggerank; Hengel Serie 7: Jacobskruiskruid; Jacobskruiskruid; Janskruid, sint janskruid; Kattedoorn; Klaproos Serie 8: Klaproos; Klokjesgentiaan; Koekoeksbloem, dagkoekoeksbloem; Koekoeksbloem, echte koekoeksbloem; Kropaar Serie 9: Mos, haarmos; Mos, parapluutjesmos; Ooievaarsbek, beemdooievaarsbek; Orchis, bergnachtorchis; Orchis, bijenorchis Serie 10: Orchis, bosorchis; Orchis, breedbladige wespenorchis; Orchis, grote keverorchis; Orchis, grote muggenorchis; Orchis, hondskruid Serie 11: Orchis, moeraswesporchis; Orchis, moeraswesporchis; Orchis, rietorchis; Orchis, rietorchis; Orchis, soldaatje Serie 12: Orchis, vleeskleurige orchis; Orchis, vleeskleurige orchis; Ossentong, groene ossentong; Perzikkruid; PijlkruidValeriaan; Varen, koningsvaren; Veenwortel; Vingerhoedskruid; Vlasleeuwebekje Serie 14: Vossebes; Vossebes; Wateraardbei; Wateraardbei; Watergentiaan Serie 15: Waterranonkel; Wederik, bastaardwederik; Wederik, moeraswederik; Winde, akkerwinde; Wollegras, eenarig wollegras Serie 16: Zonnedauw; Zonnedauw, kleine; Zonnedauw, ronde; Zwanenbloem; Zwanenbloem